Landerijen dragen vaak namen, die herinneren aan vroegere eigenaars. In 1977 heeft de heer C. Haag een onderzoek ingesteld naar de namen van landerijen in de polder Bruinsdel en omgeving. Het resultaat van dat onderzoek is in Gecombineerde van 2 juli 1978 gepubliceerd.

Er was echter één naam, die niet thuis te brengen was. Een stuk land in het Recht van Ter Leede heette: “De Regulier”. Waar kwam deze naam vandaan?

Had Leerdam een monnikenorde gehad, die deze naam droeg? In de archieven van de Geestelijke goederen van Leerdam vonden we slechts één orde genoemd, namelijk die van de Kruisbroeders of die van het Heilig Kruis, zoals ze ook wel genoemd werden. Maar deze orde behoorde thuis in Asperen, waar ze een klooster bezaten.
In onze omgeving werden alleen Regulieren gevonden te Zaltbommel, waar ze op en bij het Pieterswiel een tijd lang een klooster bezaten.
Dit klooster bezat in de Tielerwaard en in de Bommelerwaard veel goederen. Deze landerijen werden vaak aan het klooster geschonken, opdat de kloosterlingen bidden zouden voor het zielenheil der schenkers.
Zo gaf op 24 april 1483 de familie Van Haeften aan de Regulieren te Zaltbommel 12 mergen land onder Buurmalsen en Tricht. De oorkonde van deze gift is nog aanwezig, hoewel zwaar beschadigd.
In Buurmalsen-Tricht is nog een stuk van 175 ha. dat de naam “Regulieren” draagt en tegenwoordig in bezit is van “Het Gelders landschap” in Arnhem.
Daar de landerijen van de Regulieren zeer verspreid lagen, valt er aan te denken, dat het stuk land in het Recht van ter Leede ook aan dit klooster heeft behoord.
De kans hierop is nog groter, als we weten, dat in 1479 een Van Haaften drossaard was van Leerdam. Hij was de aanvoerder van de Gelderse troepen, die als wraak voor het verbranden van Schoonrewoerd, de dorpen Oosterwijk en Kedichem in brand staken.
De familie Van Haaften had in deze streek in 1593 nog grote belangen, daar in het Rechterlijk Archief van Leerdam een lening geboekt werd, die jonker Willem van Haaften aan Albert Aerts gaf. Deze moest als onderpand al zijn goederen, waaronder drie koeien, een vale en een zwart-bonte verstrekken.
De Regulieren te Zaltbommel kregen van Philips II op 20 maart 1567 toestemming om wegens grote schulden veel landerijen van het klooster te verkopen. Vroeger hadden ze reeds toestemming gekregen om land ter waarde van 3000 gulden te verkopen, maar nu mochten ze nog meer goederen verkopen ter waarde van 2000 gulden en desnoods nog 600 gulden daarboven. Of ze ook in de zorgen zaten!
Het lag voor de hand, dat de Regulieren juist die stukken land verkochten, die weinig of niets opbrachten. Daar zal ook het land in het Recht van Ter Leede toebehoord hebben, daar dit regelmatig onder water stond en dus zeer weinig opleverde. Toch heeft dit land de oude naam behouden als herinnering aan deze orde uit Zaltbommel.

R. v.d. Berg

Jaargang 2 nr. 4